Tijdens het Jazz & Vrijheid festival op 30 juni en 1 juli herdenken en vieren we de afschaffing van de slavernij, en zetten we de rijke muziekculturen van Curaçao en Suriname in de spotlight. Het festival wordt geproduceerd door Jazz Orchestra of the Concertgebouw, het NiNsee en De La Mar en is dit jaar verdeeld over twee dagen; 30 juni Stobá di Kòrsou en op 1 juli een Keti Koti Galaconcert.
Het geheim achter een huisgemaakte Curaçaose stobá (stoofschotel) is dat hij even flink hoort te sudderen. Dat is precies wat er ook gebeurt met de muziekcultuur op Curaçao. Want ondanks dat het eiland klein is, kent het een hele rijke stroming van diverse muzieksoorten. Zowel Europese als Afrikaanse muziek hebben er door het slavernijverleden hun sporen achtergelaten.
In Stobá di Kòrsou blikken pianist Randal Corsen en het Jazz Orchestra of the Concertgebouw terug op de muzikale roots van Curaçao. Zo hoor je seu, dansbare tumba en tambú: de blues en protestmuziek van tot slaaf gemaakten die nog steeds voortleeft. Natuurlijk kan ook de Latijns-Amerikaanse invloed op het eiland niet ontbreken. Bereid je voor op een heerlijke muzikale avond met bijzondere gastoptredens van o.a. Shirma Rouse Kris Berry, Stanley Clementina, Roël Calister en Tamara Nivillac.
Op 1 juli is het Keti Koti: een bijzondere dag waarop we de afschaffing van de slavernij herdenken en vieren. Het Keti Koti Galaconcert is daar in de avond dé feestelijke afsluiting van. Met een all-star line-up en heel veel muziek blikken ze tijdens het galaconcert terug naar het gezamenlijke koloniale verleden, maar kijken ze aan de hand van soul, jazz, kaseko en kawina ook naar de toekomst. Zo is er muziek van artiesten als Ronald Snijders, Pink Oculus, Humphrey Campbell, Jeannine La Rose, Ed Rust en het Jazz Orchestra of the Concertgebouw. De presentatie van deze muzikale avond is in handen van Jörgen Raymann.
Tickets voor het Stobá di Korsou concert op 30 juni bestel je via: De La Mar in Amsterdam. Tickets voor het Keti Koti Galaconcert op 1 juli bestel je via: De La Mar in Amsterdam.
Beeld: Jean van Lingen