Excuses Vlissingen voor rol in slavernij

Excuses Vlissingen voor rol in slavernij

UPDATE: De gemeenteraad van Vlissingen wil dat het college van B&W excuses aanbiedt voor het slavernijverleden van de stad. Het raadsvoorstel werd vorige week met een kleine meerderheid (14 tegen 12 stemmen) aangenomen. Doorslaggevend was een aanvullend voorstel van SGP-fractievoorzitter Lilian Janse. Lees meer via  Omroep Zeeland.

 

Gemeente Vlissingen wist eerder nog niet zeker of het excuses wilde maken voor het aandeel in de slavenhandel. Begin april sprak de gemeenteraad Vlissingen erover in een commissievergadering. Na de publicatie van het rapport over het Vlissingse slavernijverleden liet het college weten de belangrijke rol van de stad in de slavenhandel te „erkennen”. Sommige Vlissingse raadsleden vinden dat het gemeentebestuur excuses aan de nazaten van tot slaaf gemaakten moet aanbieden, anderen vinden dat veels te ver gaan.

In juni 2021 is er in opdracht van de gemeente een rapport uitgebracht, “Het Slavernijverleden van Vlissingen“. Daarin is vastgesteld dat Vlissingen een belangrijke rol had in de slavenhandel. Zo was zo’n 25 procent van de economie van Vlissingen in de periode van 1760 tot 1785 direct of indirect verbonden met de Trans-Atlantische slavenhandel.
                                                                                                                                                                         
Op 1 juli 2021 bood Amsterdam, als eerste Nederlandse gemeente, excuses aan. In navolging van de hoofdstad bood ook Rotterdam zijn excuses aan. Daarna volgde Utrecht en Den Haag. Premier Mark Rutte (VVD) bood afgelopen jaar op 19 december al excuses aan voor de Nederlandse rol in de slavernij namens de Nederlandse staat. Middelburg is van plan om het dit jaar op 1 juli te doen. Vlissingen weet dus nog niet of het überhaupt excuses wil maken.

Angélique Duijndam van Comité Keti Koti Zeeland gaf vandaag een interview aan de Volkskrant; “Het lijkt erop dat tegenstanders de rol van Vlissingen in deze geschiedenis nog steeds bagatelliseren”. De 52-jarige ‘SuriZeeuwse’, zoals ze zichzelf omschrijft, schudt haar hoofd wanneer de hoogst actuele discussie over het slavernijverleden van Vlissingen aan bod komt. Want uit onderzoek blijkt dat het kleine havenstadje aan de Westerschelde een belangrijke speler was in de slavenhandel. ‘In de tweede helft van de achttiende eeuw was Vlissingen zelfs de onbetwiste hoofdstad van de Nederlandse slavenhandel’, concluderen twee onderzoekers in het rapport “Het Slavernijverleden van Vlissingen”.

Lees het volledige interview met Angélique Duijndam via de Volkskrant.
beeld: Jan Arends / Zeeuws Archief